za 11 mei 2013
14:30
Theater aan het Spui
Spui 187 Den Haag

In de jaren voor en na het ontstaan van de Psalmensymfonie componeerde Stravinsky enkele geestelijke koorwerken, die hij baseerde op Slavische kerkteksten die hij als kind leerde. Stravinsky was lid van de Russisch Orthodoxe Kerk, die het Latijn in de ban had gedaan. Toen hij als klein kind in St.Petersburg zijn avondgebed sprak, deed hij dat in het Slavisch. Zoals hij later toegaf in Expositions and Developments, een serie gesprekken te boek gesteld door Robert Craft: ”I do not know how to say it in Russian.”

Omdat de Russisch Orthodoxe Kerk het gebruik van instrumenten in de kerk niet toestond, schreef Stravinsky zijn geestelijke werken voor gemengd koor a capella. Hij wilde zang zonder begeleiding alleen toepassen in zo primitief mogelijke harmonieën, en koos daarom in het Ave Maria (1943) voor de uiterst simpele Frygische toonladder. Het eerdere Pater Noster (1926) is even simpel van opzet. Het Credo (1932) is zo mogelijk nog strenger en soberder. Dit is liturgische muziek zonder enige opsmuk; er klinkt zeer geconcentreerde devotie in door. In deze muziek geeft Stravinsky de orthodoxe kerkmuziek zijn eigen onmiskenbare stempel, als met enkele simpele maar geniale pennenstreken.

In de Psalmensymfonie (1930) maakt Stravinsky andere keuzes. De tekst van de drie verkozen psalmen wordt gezongen in het Latijn, en omdat het koor hier wel begeleid wordt, staat Stravinsky zichzelf een uitgebreider idioom toe met een meer contrapuntische vorm. De componist merkte zelf over dit werk op: ‘Dit is geen symfonie waarin ik psalmen heb ingevoegd om te zingen. Integendeel, het is het zingen van de psalmen dat ik symfoniseer’. Stravinsky koos drie psalmen, die van boetedoening overgaan in triomfantelijke lofzang. De Psalmensymfonie brengt de Bijbelse teksten naar een muzikaal hoger plan, het gebied van de gerijpte componist.

De Psalmensymfonie is een symfonie in drie delen voor koor en orkest. Het stuk werd geschreven in opdracht van Serge Koussevitzky, dirigent van het Boston Symphony Orchestra, ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van zijn orkest. De Psalmensymfonie werd ooit door Sjostakovitsj bewerkt voor twee piano’s en wordt op 11 mei uitgevoerd door Het Pianoduo Bouwhuis & Van Zeeland.

Dimitri Sjostakovitsj: Concertino voor 2 piano’s, opus 94 (1954)
Sjostakovitsj componeerde zijn opus 94 voor zichzelf en zijn zoon (en conservatoriumstudent) Maxim, zodat ze het samen konden spelen. Het stuk bestaat uit een contemplatief en langzaam eerste deel dat overgaat in een op tempo gespeeld tweede deel waarin een melodie met een zowel lyrisch- als een opgewekt karakter net zolang met zichzelf concurreert tot er rust ontstaat. Het laatste deel wordt afgesloten met een virtuoze race tegen de klok voor vier handen.

Sjostakovitsj’s relatie met Stravinsky was ambivalent; “Aan zijn vriend Isaak Glikman schreef hij: De componist (Stravinsky) aanbid ik, maar voor de denker heb ik geen goed woord over. Sjostakovitsj was vooral gecharmeerd van de Psalmensymfonie, waarvan hij zelf een pianoversie had gecomponeerd. Toen Stravinsky in 1962 de Sovjet Unie bezocht kreeg hij die versie van Sjostakovitsj cadeau. De historische ontmoeting tussen beide componisten verliep nogal problematisch. Sjostakovitsj zou hypernerveus zijn geweest en volgens waarnemers gedroeg Stravinsky zich erg uit de hoogte.

Altijd als eerste op de hoogte?
Schrijf u in op onze nieuwsbrief!

U ontvangt regelmatig programmanieuws en mooie aanbiedingen.

U gebruikt een verouderde browser van Internet Explorer die niet meer wordt ondersteund. Voor optimale prestaties raden wij u aan om een nieuwere browser te downloaden. Hiervoor verwijzen wij u door naar:

browsehappy.com sluiten