Thea Derks in gesprek met Meriç Artaç
Voor het Cultureel Persbureau interviewde journalist Thea Derks componiste Meriç Artaç over haar werk en haar plannen met Festival Dag in de Branding. “Ik ben geïnteresseerd in situaties of personen die in het dagelijks leven over het hoofd worden gezien.”
“Ik teken mijn personages altijd uit voordat ik begin met componeren. Ze zijn geïnspireerd op mensen die ik op straat zie, persoonlijkheden die ik bewonder, details die iemand bijzonder maken… Meestal richt ik me op één specifiek aspect van een personage, een dominante stemming die ik vervolgens in mijn compositie belicht.”
Meriç Artaç, geboren in 1990 in Istanbul, werd al als vijfjarige kleuter toegelaten op het conservatorium van Istanbul. Na haar afstuderen aan het Rotterdams Conservatorium in 2015 maakte ze ook in ons land snel naam. Ze maakt actuele opera’s als Zonderland, Madam Koo en Vrouwenstemmen, leidt haar eigen ensemble AKOM en geeft les aan het Amsterdams Conservatorium. De komende twee seizoenen is zij artist-in-residence bij Festival Dag in de Branding.
Op 5-jarige leeftijd ging je naar het Conservatorium van Istanbul om piano te studeren. Hoe was dit mogelijk?
“Ik was inderdaad de jongste student die werd toegelaten tot de pianoklas. Dit was op aanraden van mijn kleuterleidster, die zelf ook musicus was. Ik had moeite met lezen en schrijven en ze merkte dat ik een goed oor voor muziek had, dus raadde ze mijn ouders aan me naar een muziekschool te sturen.”
“Een geweldig advies. Zo lang ik mij kan herinneren is er muziek in mijn leven. Mijn vader is film- en theaterregisseur, mijn moeder is script- en theaterschrijver, vanaf dag één ben ik ondergedompeld in kunst. Maar ik studeerde in deeltijd aan het conservatorium. Overdag ging ik naar de lagere school, later naar het Lycée Saint-Michel en ‘s avonds ging ik naar muziekles.”